Het meeste sepioliet dat in de handel is, wordt voornamelijk gewonnen in de vlakte van Eskişehir in Turkije, tussen Istanboel en Ankara. Het komt daar voor in onregelmatige knobbelige massa’s, in alluviale afzettingen, die op grote schaal worden bewerkt voor de winning ervan. Naar verluidt zijn er in dit district 4000 schachten die leiden naar horizontale galerijen voor de extractie van het sepioliet. De belangrijkste mijnen zijn in Sepetçi Ocağı en Kemikçi Ocağı, ongeveer 20 mijl ten zuidoosten van Eskişehir. Het mineraal is geassocieerd met magnesiet (magnesiumcarbonaat), de primitieve bron van beide mineralen is serpentijn.
Sepioliet wordt ook gevonden, hoewel minder overvloedig, in Griekenland, zoals in Thebe, en op de eilanden Euboea en Samos. Het komt ook voor in serpentijn bij Hrubschitz bij Kromau in Moravië. Daarnaast wordt sepioliet in beperkte mate gevonden op bepaalde plaatsen in Frankrijk en Spanje, en is het bekend in Marokko. In de Verenigde Staten komt het voor in serpentijn in Pennsylvania (zoals in Nottingham, Chester County) en in South Carolina en Utah. In Somalië wordt het gewonnen in het district El Buur.
Sepioliet komt voor als secundair mineraal geassocieerd met serpentijn. Het kan voorkomen als neerslag in dorre omgevingen. Het kan worden geassocieerd met dolomiet en opaal.
Omwille van zijn vezelige minerale aard kunnen sepiolietaders de gevaarlijke stof asbest bevatten; dit geldt echter slechts voor een zeer zeldzame vorm van sepioliet, aangezien de twee in zeer verschillende milieus worden gevormd. Zelfs wanneer er geen asbest aanwezig is, wordt sepioliet er vaak mee verward. Met nauwkeurige analysetechnieken zoals röntgendiffractie (XRD) kunnen de twee gemakkelijk van elkaar worden onderscheiden.
Gesneden Turkse meerschuimproducten werden van oudsher gemaakt in productiecentra als Wenen. Sinds de jaren zeventig heeft Turkije echter de export van meerschuimknollen verboden, in een poging om een lokale meerschuimindustrie op te zetten. De eens zo beroemde fabrikanten zijn daardoor verdwenen en de Europese pijpenfabrikanten wendden zich tot andere bronnen voor hun pijpen.
In het Afrikaanse gebied van de Grote Meren zijn grote voorraden meerschuim gevonden in Tanganyika. De belangrijkste afzetting komt uit het Amboseli bekken rond het Amboseli meer. Tanganyika Meerschaum is gewoonlijk gekleurd in schakeringen van bruin, zwart en geel, en wordt beschouwd als enigszins inferieur aan Meerschaum uit Turkije. De grondstof werd voornamelijk gedolven door de Tanganyika Meerschaum Corporation en ontelbare pijpenmakers over de hele wereld werden bevoorraad met Amboseli Meerschaum.