Historische natron werd als zoutmengsel geoogst uit droge meerbeddingen in het oude Egypte en werd duizenden jaren lang gebruikt als schoonmaakmiddel. Samen met olie was het een vroege vorm van zeep. Het maakt water zacht en verwijdert tegelijkertijd olie en vet. Natron was ook een reinigingsmiddel voor de tanden en een vroeg mondwater. Het mineraal werd gemengd in vroege antiseptica voor wonden en kleine snijwonden. Natron kan worden gebruikt voor het drogen en conserveren van vis en vlees. Het was ook een oude huishoudelijke insecticide, werd gebruikt voor het maken van leer en als bleekmiddel voor kleding.
Het mineraal werd gebruikt bij Egyptische mummificatie omdat het water absorbeert en een droogmiddel was. Ook verhoogt het carbonaat in natron bij blootstelling aan vocht de pH, wat een goede omgeving voor bacteriën vormt. In sommige culturen werd gedacht dat natron zowel de levenden als de doden geestelijk veilig hield. Natron werd toegevoegd aan ricinusolie om een rookvrije brandstof te maken, waardoor Egyptische ambachtslieden kunstwerken in oude graven konden schilderen zonder ze met roet te bevlekken.
Natron is een ingrediënt voor het maken van een kleur die Egyptisch blauw wordt genoemd. Het werd gebruikt met zand en kalk in keramiek en glas maken door de Romeinen en anderen ten minste tot 640 CE. Het mineraal werd ook gebruikt als vloeimiddel om edele metalen aan elkaar te solderen.
Afname in gebruikEdit
De meeste toepassingen van natron, zowel thuis als in de industrie, werden na verloop van tijd vervangen door nauw verwante natriumverbindingen en mineralen. De detergerende eigenschappen van natron worden nu commercieel geleverd door natriumcarbonaat, het belangrijkste samengestelde ingrediënt van het mengsel, samen met andere chemicaliën. Natron is ook vervangen door natriumcarbonaat bij het maken van glas. Sommige van zijn oude huishoudelijke rollen worden nu ook vervuld door gewoon zuiveringszout, het andere betekenisvolle ingrediënt van natron.