Nalidixinezuur (handelsnamen Nevigramon, Neggram, Wintomylon en WIN 18.320) is het eerste van de synthetische chinolon-antibiotica.
In technische zin is het een naftyridon, geen chinolon: de ringstructuur is een 1,8-naftyridinekern die twee stikstofatomen bevat, in tegenstelling tot chinoline, dat een enkel stikstofatoom heeft.
Synthetische chinolonantibiotica werden ontdekt door George Lesher en collega’s als een bijproduct van de productie van chloroquine in de jaren 1960. Klinisch gebruikt vanaf 1967.
Nalidixinezuur is vooral werkzaam tegen gramnegatieve bacteriën, met een geringe anti-gram-positieve activiteit. In lagere concentraties werkt het op bacteriostatische wijze; dat wil zeggen, het remt de groei en de voortplanting. In hogere concentraties is het bactericide, wat betekent dat het bacteriën doodt in plaats van alleen hun groei te remmen.
Het is historisch gebruikt voor de behandeling van urineweginfecties, veroorzaakt door bijvoorbeeld Escherichia coli, Proteus, Shigella, Enterobacter, en Klebsiella. Het wordt niet langer klinisch gebruikt voor deze indicatie in de VS omdat er minder toxische en meer effectieve middelen beschikbaar zijn. De vergunning voor het in de handel brengen van nalidixinezuur is in de gehele EU opgeschort.
Het is ook een hulpmiddel in studies als regulering van de bacteriële deling. Het blokkeert selectief en reversibel de DNA-replicatie in vatbare bacteriën. Nalidixinezuur en verwante antibiotica remmen een subeenheid van DNA-gyrase en topoisomerase IV en induceren de vorming van splitsingscomplexen. Het remt ook de nicking-closing activiteit op de subeenheid van DNA-gyrase die de positieve bindingsspanning op het supercoiled DNA vrijgeeft.