Louise Beavers, (geboren 8 maart 1902, Cincinnati, Ohio, V.S.-gestorven 26 okt. 1962, Hollywood, Californië), Afro-Amerikaanse film- en televisie-actrice bekend om haar karakterrollen.
Beavers trok voor het eerst de aandacht als deel van een act die bekend stond als de Lady Minstrels. Ondanks haar theatrale capaciteiten en neigingen, ging ze niet naar Hollywood als een performer, maar als het dienstmeisje van actrice Leatrice Joy. Ze verscheen echter al snel op het witte doek en maakte haar speelfilmdebuut in Gold Diggers (1923). Ze bleef acteren in andere stomme films, zoals Uncle Tom’s Cabin (1927).
Met de komst van de geluidsfilm nam Beavers’ carrière een hoge vlucht, en tussen 1929 en 1960 speelde ze in meer dan 100 films. Hoewel ze meestal werd gecast als de dienstmeid van de vrouwelijke ster of van het hoofdrolspelerspaar, kreeg ze de kans om een rol te spelen die gelijk was aan die van Claudette Colbert in de eerste filmversie van Imitation of Life (1934), waarin beide vrouwen jongleren met de eisen van alleenstaand ouderschap en carrières.
Net als Hattie McDaniel en de meeste andere zwarte acteurs uit die periode, bleef Beavers beperkt tot karakterrollen, meestal in de rol van een wijze, vrolijke en toegewijde dienstmeid die haar werkgevers vaak uit de moeilijkheden helpt. Haar carrière bereikte een hoogtepunt in twee televisierollen als huishoudster, in de vroege situatiekomedies Beulah (1952-53) en The Danny Thomas Show (1953-54). Ze werd postuum opgenomen in de Black Filmmakers Hall of Fame in 1976.