Geschil over Memel, Memel ook wel Klaipėda genoemd, geschil na de Eerste Wereldoorlog over de soevereiniteit over het voormalige Duits-Pruisische gebied Memelland. De inbeslagneming ervan door Litouwen werd uiteindelijk door de grote mogendheden goedgekeurd.
Vóór de Eerste Wereldoorlog behoorde Memelland, een gebied aan de Oostzee ten noorden van de rivier de Neman (Memel), tot Pruisen. Een groot deel van de bevolking, vooral buiten de havenstad Memel, was echter Litouws; en na de oorlog verzocht de nieuw gevormde staat Litouwen de Geallieerde Mogendheden op de Vredesconferentie van Parijs (24 maart 1919) om het bezit van het Memelgebied. De Geallieerden maakten Memelland inderdaad los van Duitsland (Verdrag van Versailles; artikel 99); maar in plaats van de regio bij Litouwen in te lijven, waarvan de politieke situatie toen onstabiel was, namen zij de directe controle over het gebied op zich, stelden een Frans bestuur aan om het te besturen en stelden pas in de herfst van 1922 een speciale commissie in om de status van Memelland te onderzoeken. Toen deze commissie sympathie toonde voor een plan, gesteund door Duitse en Poolse belangengroepen, om Memelland om te vormen tot een vrije staat, vormden Litouwse inwoners van de regio een Comité voor de Redding van Klein-Litouwen, kregen zij de steun van talrijke vrijwilligers uit Litouwen zelf en kondigden zij op 9 januari 1923 in Silutė (Heydekrug) aan dat zij het bestuur van Memelland zouden overnemen om de regio, als een autonome eenheid, met Litouwen te verenigen. Op 15 januari hadden de Litouwse strijdkrachten de controle over het gehele district, met inbegrip van de stad Memel, verworven. De Geallieerde Mogendheden zonden Litouwen formele nota’s om tegen deze actie te protesteren, maar hun Conferentie van Ambassadeurs besloot op 16 februari om Memelland onder Litouws gezag te plaatsen. De daaropvolgende onderhandelingen over de aard van de unie en de zeggenschap over de haven duurden onbeslist voort tot december; en pas nadat de zaak aan de Volkenbond was voorgelegd, bereikte Litouwen een akkoord met Groot-Brittannië, Frankrijk, Italië en Japan (de lidstaten van de Ambassadeursconferentie) en ondertekende het Statuut van Memel, dat officieel van Memelland een autonome regio binnen Litouwen maakte, de regeringsstructuur van het gebied vastlegde en ook een bestuursorgaan instelde voor de haven van Memel, die de nieuwe naam Klaipėda kreeg.
Het Statuut van Memel bleef van kracht tot 23 maart 1939, toen Litouwen gedwongen werd een Duits ultimatum te accepteren waarin de teruggave van Memelland werd geëist. Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog werd het teruggegeven aan Litouwen, dat inmiddels deel was gaan uitmaken van de U.S.S.R.