Van rechtswege spreekt men van onvervreemdbaar wanneer iets niet kan worden vervreemd, d.w.z. wanneer het niet kan worden overgedragen, toegewezen of verkocht, hetzij omdat er wettelijke beletselen voor bestaan, hetzij omdat er beletselen van natuurlijke aard bestaan die de verkoop evenmin ondersteunen .

Right: datgene wat niet kan worden vervreemd of verkocht, zoals de mensenrechten

Maar er zijn onvervreemdbare rechten, die fundamentele rechten zijn en die alle mensen genieten door het enkele feit van onze menselijke gesteldheid, zoals de mensenrechten (vrijheid, gelijkheid, lichamelijke integriteit, eer, zedelijkheid, broederschap en non-discriminatie), die, zoals wij reeds hebben gezegd, essentiële rechten zijn en derhalve aan geen enkel mens onder geen enkele omstandigheid rechtmatig kunnen worden ontzegd; niemand, noch een regering noch een bevoegde autoriteit kan de vervulling van deze rechten ontkennen, aangezien zij worden geacht deel uit te maken van het wezen van de persoon. De rechten van de mens worden beschouwd als de ethische en morele grondslag voor de bescherming van de menselijke waardigheid.

Onverklaarbaar, onherroepelijk en niet-overdraagbaar

Een ander onontkoombaar kenmerk van dit soort rechten is dat zij onverklaarbaar zijn, dat wil zeggen dat geen enkel mens, in welk opzicht dan ook, afstand zal kunnen doen van dergelijke rechten, zelfs niet door dit tot uitdrukking te brengen, het zijn rechten die het individu verwerft vanaf zijn geboorte tot aan zijn dood. Ik kan er bijvoorbeeld niet voor kiezen mijzelf tot slaaf te maken en mijn vrijheid op te geven, dat is juridisch gezien absoluut onmogelijk.

Er is geen rechtsorde, zelfs geen straf, die de mens deze rechten kan ontnemen, daar zij onafhankelijk zijn van enig bijzonder onvoorspelbaar.

Anderzijds zijn onvervreemdbare rechten eigen aan de menselijke conditie, dat wil zeggen, alleen de mens als zodanig is in staat ze te genieten.

Ze zijn niet alleen onvervreemdbaar, maar ook onherroepelijk en niet-overdraagbaar van de een op de ander.

Morele rechten worden als onvervreemdbaar beschouwd omdat ze voor de rest van het leven aan de auteur ervan verbonden zijn, dat wil zeggen dat deze rechten hand in hand gaan en altijd samengaan met de persoon die ervoor verantwoordelijk is. Daarom worden zij van blijvende aard genoemd.

Het feit dat aan hen de hoedanigheid van onvervreemdbaar wordt toegekend, schept voor hen en voor hun eigenaar een bescherming tegen elke vorm van misbruik of eis die van de zijde van een derde kan bestaan, bijvoorbeeld in het geval dat de persoon wordt aangevallen, gediscrimineerd of permanent wordt lastiggevallen wegens zijn ras, zijn politieke gezindheid, zijn godsdienstige overtuiging, enzovoort.

Ook staan deze rechten, door deze voorwaarde die zij bezitten, altijd buiten elke vorm van handel, hetgeen betekent dat zij nooit door wie dan ook, uit welk oogpunt dan ook, kunnen worden verkocht, verhandeld of gekocht.
Het begaan van deze handeling zou een misdaad zijn, die uiteraard de overeenkomstige straf zal ontvangen.

Zo worden de zeden en de ethiek van de mensen gewaarborgd.

Niet vervallen deze rechten met de tijd, d.w.z. jaren en eeuwen kunnen voorbijgaan en zij zullen altijd van kracht blijven en door allen genoten kunnen worden tot de laatste dag van hun leven in deze wereld.

Wetgeving ter bescherming ervan

Verschillende internationale wetgevingen handelen over de bescherming van voornoemde rechten.
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, die in 1948 door de Verenigde Naties werd aangenomen, is het hoogste document waarin alle onvervreemdbare rechten van de mens zijn samengebracht.

Het Internationaal Statuut van de Rechten van de Mens is het resultaat van de vereniging van voornoemde verklaring met de internationale verdragen die door de landen zijn overeengekomen.

Onvervreemdbaar eigendom

Anderzijds is er eigendom dat de status heeft van onvervreemdbaar eigendom, dat is datgene wat buiten het patrimonium van ieder particulier valt, zoals de lucht, de zee, de zon, onder andere, en al die zaken die deel uitmaken van het publieke domein, zoals parken, pleinen, de wegen waar wij allen doorheen reizen, onder andere.

Het eerste behoort aan iedereen toe, het tweede staat ten dienste van een gemeenschap en kan door niemand worden gekocht en verkocht. Ondertussen moet een goed, om als openbaar te worden beschouwd, die status formeel hebben verkregen via een procedure en door een bevoegde autoriteit.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.