Gomphotheriid proboscideans bereikten Zuid-Amerika als laat-Cenozoïsche immigranten vanuit Noord-Amerika. Meningsverschillen over de alfataxonomie, ouderdomsdatering en fylogenetische verwantschappen hebben echter geleid tot drie concurrerende hypothesen over deze immigratie: (1) een enkele gomphothere immigratie vond plaats kort na de ~3 Ma sluiting van de Panamese landengte; (2) twee afzonderlijke gomphothere immigraties vonden plaats na sluiting van de landengte; of (3) een eerdere, Laat-Mioceen (vóór 9 Ma) immigratie bracht gomphotheres naar Zuid-Amerika. Een kritische herevaluatie van de alfa taxonomie, ouderdomsdateringen en fylogenetische verwantschappen van Neotropische gomphotheres identificeert twee geldige genera van Zuid-Amerikaanse gomphotheres, Cuvieronius en Notiomastodon (= “Haplomastodon”, = “Stegomastodon” uit Zuid-Amerika) en erkent “Amahuacatherium” als een ongeldig genus dat waarschijnlijk gebaseerd is op een specimen van Notiomastodon. Het oudste goed gedateerde Zuidamerikaanse gomphothere fossiel is Marplatan, ~2.5 Ma, uit Argentinië. Een ouderdom van “Amahuacatherium” van meer dan 9 Ma wordt weerlegd door biostratigrafie van zoogdieren en een herevaluatie van de relevante magnetostratigrafie. Noord-Amerikaanse Rhynchotherium stamt af van Gomphotherium tijdens het Laat-Hemphillian (~5-6 Ma) en gaf in Noord-Amerika aanleiding tot Cuvieronius tegen het einde van het Blancan (~2 Ma) tijdperk. Notiomastodon evolueerde uit Cuvieronius in Zuid-Amerika tijdens het Pleistoceen. Het argument voor een nauwe verwantschap tussen de Neotropische gomphotheres en Sinomastodon uit China wordt verworpen. Midden-Amerika was geen centrum van endemische gomphotherae evolutie en fungeerde slechts als een pad voor de immigratie van gomphotheres van noord naar zuid: Gomphotherium in Midden-Amerika tijdens het Mioceen, Cuvieronius naar Midden-Amerika tegen Vroeg-Pleistoceen tijd en verder naar Zuid-Amerika. Na de afsluiting van de Panamese landengte emigreerde Cuvieronius naar Zuid-Amerika, waar hij Notiomastodon voortbracht tegen Midden-Pleistoceen. De Zuidamerikaanse geschiedenis van gomphotheres was dus een bescheiden evolutionaire diversificatie van een enkele Plio-Pleistocene immigratie.